Een aantal weken was ik iedere dag aan het zentangelen, droedelen heet het ook, geloof ik.
Kennelijk had ik behoefte aan iets anders. Vanuit het Zentangelen -het maakt zo heerlijk rustig- heb ik paar teken lessen gedaan, zodat ik meer grip kreeg hoe anders met mijn kleurpotloden om te gaan, daarom heb ik een hele cassette met 48 kleuren gekocht.
Vind ik Goed van mijzelf . . Heb eerst verschillende potloden geprobeerd.
Zentangelen, ook leuk om met de kleinkinderen te doen. Mijn bonuskleinkinderen komen op bezoek.
Eerst twee kleindochters, daarna komen er weer wat logees, Gezellig!
Het is heerlijk weer buiten. De kinderen zijn wat moe, te laat naar bed gegaan en door de warmte raken ze in een nadere stemming. Om een andere sfeer te creëren zeg ik : “Ik weet iets nieuws, het heeft te maken met papier en kleuren, willen jullie dat leren?”
“Hoe heet dat dan?” “Zentangelen of Droedelen.” Lachen bij de namen.
Het wordt nóg spannender als ze de correspondentie kaarten zien. Dat is iets anders dan gewoon tekenpapier wat de meeste kinderen gewend zijn. De drinkbekers en onze kopjes aan de kant, placemats op tafel, en een grote doos kleurpotloden die speciaal voor de kinderen zijn. (ze mogen nog niet met mijn dure potloden, die houd ik nog voor mijzelf)
Ik laat een voorbeeld zie van wat ik gemaakt heb van de kleuren. “Mooi, Oma.” Zeggen ze bewonderend.
”Nou, dat kunnen jullie ook, zal ik eerst uitleggen hoe ik het doe?” Ik laat zien hoe je de kaart in vlakken kan verdelen door er lijnen op te tekenen en dat je dan een kleurtje kiest en in dat vlak tekeningetjes of figuurtjes kan maken. We gaan lekker aan het werk nadat ik vertel dat ze zomaar iets kunnen tekenen van wat er in hen opkomt.
Dat Alles Goed is en dat het dus Nooit Fout is. Je kan iets wel minder mooi vinden.
En dan begint de ontdekkingsreis. Je doet ogenschijnlijk zomaar iets en dat is ook vaak zo, alleen denk je toch wel: welke vorm zal ik doen? Ik weet het niet en dan laat ik het potlood gaan en dan verschijnt er zomaar iets leuks of een spannende vorm. Gaande weg ontstaat er een leuk geheel.
“Oma, dit vind ik een lelijke kleur, en de vorm ook.”
“Mag ik eens kijken? Weke kleur had je liever gepakt?”
“Groen, mag ik nu een andere kaart?”
“Wat doe je dan met deze?”
”Nou, weggooien.”
De ander kijkt mee en zegt nog niets.
Ik zeg: “Weet je wat nu zo mooi is met dit werk? Je doet Nooit iets Fout. Dus deze kleur is helemaal goed en de vorm ook. Het geheim is, dat als je nu groen pakt en een ander vorm maakt, dat je straks als de kaart klaar is je zal zeggen: he, mooi geworden! “
“Echt waar, Oma? “zeggen ze tegelijk. “Ja. Weet je al welke vorm je nu gaat doen?” Het groene potlood gaat op het papier. “Ik maak boogjes.”
Als de kaart klaar is met de zelf meegenomen stiften en de kleurtjes van ons, buigen we ons over het resultaat.
“Wat vinden jullie er nu van?” Het is Prachtigmooi hun verbazing te zien. Ik houd de kaart op een afstandje.
“Mooi Oma!!! Opa, kijk eens!!” Opa kijkt en zegt: “ Zo, wat hebben jullie dat mooi gemaakt zeg! Compliment!, jullie zijn echte kunstenaars.” We leggen uit dat, wat eerst lelijk leek, nu in het geheel heel mooi blijkt te zijn. Wat een fijne les is dit.
“Mogen we er nog een maken?“ ja, natuurlijk mag dat. De kinderen en ook ik zijn geconcentreerd aan het werk en opeens hoor ik zeggen: “Wat wordt je hier lekker rustig van, ik word helemaal rustig.” Dat is een tweede les, dat, als je iets met al je aandacht doet, je in een flow komt, een soort van meditatieve staat en je geest en lichaam helemaal tot rust komt.
Dit spreek ik niet uit. De ervaring voor hen is van belang en dat zonder vooropgezet plan. Ik voel me gelukkig.
En zij ook.
De desbetreffende kleinkinderen zijn nu al bijna volwassen, alleen is dit zo leuk om nu in dit blog te vatten.
Liefs, Margaretha.